Ook in een huis van een kindercoach wordt wel eens geschreeuwd en wordt de deur te hard dicht geslagen (… wat op zich nog best gevaarlijk is, want het is een deur met glas. Toen wij eens een glasbedrijf op bezoek hadden voor een nieuw buitenkozijn, kwam de werknemer door deze kamerdeur binnen. Hij besloot uit eigen initiatief om het losse glas meteen even te kitten. Hier ben ik hem nog steeds dankbaar voor 😊). Maar het is goed dat in ons gezin regelmatig kwaadheid voorbij komt. Boosheid is namelijk een hele nuttige emotie. Kinderen hebben te leren om op een goede manier met conflicten om te gaan. Regelmatig ontvang ik als coach de vraag om een kind te leren niet meer boos te worden. Ik vraag dit kind dan om te gaan staan en duw hem of haar pardoes de ruimte uit. Dit levert natuurlijk verbouwereerde blikken op! Maar dat is wat er gebeurt als je nóóit meer boos wordt. Dan kan iedereen met je sollen en word je gewoon aan de kant gezet. Het nut van boosheid is namelijk om de grens aan te geven. Als een kind dit goed leert, wordt het weerbaar. Dat is een belangrijke vaardigheid. Ik help als coach om de boosheid op tijd te herkennen zodat er geen driftbuien (en schadeclaims) voorbij komen. Ook leer ik kinderen om te verwoorden wat er ónder die kwaadheid zit.
Voor jou als ouder is het natuurlijk niet leuk om al die boosheid en scheldwoorden over je heen te krijgen. Maar deze ruzies dienen een hoger doel. Door de zoektocht naar de grenzen, leren kinderen heel veel. In eerste instantie ontdekt je zoon of dochter wat het zelf wel of niet kan. Daarnaast leert je kind omgaan met teleurstelling en het woord NEE te accepteren. Verder wordt er geoefend met leiderschap en discussie-vaardigheden. Dit zijn hele waardevolle lessen die je je kroost niet mag onthouden.
Bij boosheid horen ook ruzies tussen broers en zussen en vrienden. Ik geef toe, dit kan vermoeiende vormen aannemen. Maar dit zijn opnieuw belangrijke ontwikkeltaken. In deze situaties gaat het om gevoel uitspreken, inlevingsvermogen naar elkaar en samen oplossingen bedenken. Het is heel veilig om hiermee te experimenteren binnen je eigen gezin of met vrienden. Kleuters zal je hierin nog moeten begeleiden omdat zij de spelregels en woorden niet kennen. Maar vanaf een jaar of zeven kun je de ruziemakers beter even met rust laten. Bijna altijd komen ze er zelf wel uit. Als dat nog niet lukt, kun jij de nadruk leggen op de oplossing in plaats van het aanwijzen van de ‘’schuldige’’.
Nog één kanttekening. Soms gaat er onder drift een andere oorzaak schuil dan het zoeken naar de grens of het oefenen van vaardigheden. Zo had ik eens een hele boze jongen in mijn praktijk die enorm gepest bleek te worden op het schoolplein. Hij wist niet hoe hij daar op moest reageren en kon zijn onmacht alleen maar omzetten naar boosheid. In zo’n geval kun je het beste hulp gaan zoeken. Succes!